De joodse gemeenschap van Bergen op Zoom bij het honderdjarig bestaan van de synagoge.

Paulus Backxstraat 7

Mozes de Hes (78)

* Hoogeveen, 3/9-1864
+ Auschwitz, 5/10-1942
 

Alida van Berg (69)

* Gorredijk, 20/11-1872
+ Auschwitz, 5/10-1942
 

In 1926 wordt Mozes door de Bergse Joodse Gemeenschap tot gazan (godsdienstonderwijzer) benoemd. Het 100-jarig jubileum van de synagoge met een feestdienst in 1932, bijgewoond door onder andere B&W en andere notabelen, is het hoogtepunt van zijn carrière. In 1935 worden in Duitsland de rassenwetten van kracht. De Duits joodse vluchtelingen die Bergen op Zoom bereiken, krijgen onderdak bij de familie de Hes, een rustpunt voor hun vlucht over de Belgische grens. Mozes gaat in mei 1942 met emeritaat. Hij en Alida verhuizen naar ‘Joods Amsterdam’, waar ze inwonen bij hun oudste zoon en schoondochter. Eind september 1942 worden allen opgepakt en naar Auschwitz gedeporteerd, waar Mozes en Alida op 5 oktober 1942 zijn vermoord.

Het echtpaar de Hes-van Berg bij hun veertigjarig huwelijk in 1938.

Burgemeester de Roocklaan 34

David van Loon (61)

* Bergen op Zoom, 5/3-1881
+ Auschwitz, 23/11-1942
 

David is koopman in manufacturen. In 1920 trouwt hij met de rooms-katholieke Johanna Buteijn in Rotterdam. Zij overlijdt in 1930 in Bergen op Zoom. Na haar dood wordt hij inwonend huisknecht. Op 11 november 1942 om zes uur ’s ochtends staat hij bij het station, waar ook Joseph Stibbe, Elisabeth Stibbe-van Loon (zijn zuster) en hun zoon Jonas Stibbe zijn. Zij worden opgewacht door twee marechaussees die hen zullen vergezellen op hun reis naar Westerbork. Na een week wordt David gedeporteerd naar Auschwitz, waar hij op 23/11-1942 is vermoord. 

Bosstraat 34

Isaac van Loon (61)

* Bergen op Zoom, 24/10-1878
+ Bergen op Zoom, 16/5-1940
 

Isaac heeft een goedlopende textielwinkel in de Bosstraat 34. Even verderop heeft een fanatieke NSB’er er zijn café. Iedere keer als die man Isaac ziet, roept hij: “Als ze komen, pakken ze jou het eerst.” Op 16 mei 1940 vinden moeder en dochter man en vader dood in de winkel. Hij heeft zich verhangen.

 

 

 

Frieda van Loon (17)

* Bergen op Zoom, 22/10-1924
+ Auschwitz, 30/9-1942
 
 
 

Frieda is dochter van Isaac van Loon en Isaacs tweede vrouw. Zij is leerling op de MMS in Roosendaal. Op 1 september 1941 eisen de Duitsers dat joodse scholieren op joodse scholen moeten zitten. Frieda moet van school af. De burgemeester van Roosendaal en Nispen hoort ervan en schrijft de Duitse autoriteiten aan. Hij benadrukt dat er is maar één joods kind op deze school zit en dit schooljaar is tevens haar eindexamenjaar. De Duitsers geven niet toe, Frieda moet van school af. Met haar moeder verhuist ze naar Amsterdam. Vermoedelijk op weg naar een onderduikadres, loopt ze onbewust het Centraal Station in dat afgezet is door SS’ers, die haar aanhouden en rechtstreeks naar Auschwitz sturen, waar ze nog een maand leeft. Frieda is op 30/9-1942 vermoord. Haar moeder Rosali Poppelsdorf overleeft de oorlog en keert terug naar Bergen op Zoom. 

Moeregrebstraat 29

Jacob van Loon (59)

* Bergen op Zoom, 19/6-1883
+ Sobibor, 14/5-1943
 

Hester van Dam (61)

* Dordrecht, 30/6-1881
+ Sobibor, 14/5-1943
 

Jacob trouwt in 1922 met Hester van Dam in Rotterdam. In de Moeregrebstraat hebben zij een textielwinkeltje, dat door Hester wordt beheerd. Jacob gaat met een karretje textiel langs de deuren. Van de vertegenwoordiger van de Joodse Raad, Jacob Mol, krijgt Jacob een Ausweis, een vergunning om niet voor deportatie te worden opgeroepen. Het helpt hen niet. Op 9/5-1943 worden ze via Vught naar Sobibor gedeporteerd, waar beiden op 14/5-1943 zijn vermoord. 

Burgemeester Mathonstraat 7

Walter Süskind (38)

* Lüdenscheid, 29/10-1906
+ Midden-Europa, 28/2-1945
 

Johanna Süskind-Natt (38)

* Giessen, 11/1-1906
+ Auschwitz, 25/10-1944
 

Yvonne Süskind (5)

* Bergen op Zoom, 28/3-1939
+ Auschwitz, 25/10-1944
 

Frieda Süskind-Kessler (59)

* Siegen, 5/6-1885
+ Auschwitz, 25/10-1944
 

Auguste Natt-Strauss (70)

* Kirchhain, 11/8-1874
+ Theresienstadt, 30/4-1945
 
Walter met links dochtertje Yvonne en een vriendinnetje in Amsterdam in 1942.

In 1938 wordt Walter Süskind, directeur van een margarinefabriek, in Duitsland ontslagen, omdat hij jood is. Walter heeft de Duitse en de Nederlandse nationaliteit. Hij wil weg uit Duitsland en kiest voor Bergen op Zoom, dat dichtbij de Belgische grens ligt. Hier hoopt hij Duits-Joodse vluchtelingen over de grens te helpen. Hij krijgt een baan als vertegenwoordiger en vindt een goede woning. Zijn vrouw en haar moeder, Auguste Natt-Strauss, komen over. Zijn eigen moeder Frieda Süskind-Natt volgt. Plotseling staan in maart 1942 de Duitsers laat in de avond voor de deur. Ze worden in auto’s gepropt en naar Amsterdam ontvoerd. Walter wordt beheerder van het Joodse personeel in de Hollandse Schouwburg, de verzamelplaats van de opgepakte joden.

Als geboren Duitser weet Walter de Duitsers, maar ook Hauptstürmführer Ferdinand Aus der Fünten, om zijn vinger te winden, terwijl hij samen met mevrouw Pimentel, directrice van de crèche schuin tegenover
de Hollandse Schouwburg, en enkele vertrouwelingen het gewaagde plan smeedt om kinderen weg te smokkelen. Baby’s en peuters worden in een tas, doos, koffer gestopt, waarmee de kinderverzorgsters naar buiten lopen. Oudere kinderen worden weggesmokkeld als ze in een groep buiten lopen. In de zomer van 1943 volgt de ene razzia na de andere. De sfeer is dreigend. Om Yvonne een veiliger plek te geven, wordt ze in het
gezin van Karl, Walters broer, opgenomen. Hij is met een niet-joodse vrouw getrouwd. Op 23 september dat jaar wordt Walter op straat gearresteerd. Na twee dagen gevangenis komt hij vrij en bouwt thuis een feestje. Hij vraagt aan Karl of Yvonne een nachtje bij hen mag slapen en dat mag ze. Dit is precies waar de Duitsers op hopen. Nog diezelfde nacht vallen ze
binnen en arresteren het hele gezin. Johanna en Yvonne komen in Westerbork terecht. Walter krijgt karweitjes in Amsterdam. Op 4 september 1944 wordt het gezin naar Theresienstadt gedeporteerd (waar de twee moeders al zijn). Na luttele weken in Theresienstadt worden ze op de trein naar Auschwitz gezet. Johanna, de kleine Yvonne en Walters moeder Frieda zijn bij aankomst op 25/10-1944 vermoord. Walter wordt voor werk uitgekozen. Als de Russen naderen ontruimen de Duitsers Auschwitz. Op een van de dodenmarsen vindt Walter van uitputting de dood. Hij heeft 600 kinderen het leven gered, maar zijn eigen kind heeft hij niet kunnen redden. Auguste Natt-Strauss, Johanna’s moeder blijft in Theresienstadt achter, waar zij op 13/4-1945 sterft. 

Walter Süskind
Auguste met haar kleindochter Yvonne.
BoZ Walter Süskind DVD fotos ontvangen van Westerbork 101
Johanna met dochtertje Yvonne.
Yvonne Süskind.

Burgemeester Mathonstraat 6

 

 

Jacob (Jacq) Mol (48)

* Den Haag, 1/3-1894
+ Auschwitz, 12/2-1943
  

Jacq is de Bergse vertegenwoordiger van de Joodse Raad in Amsterdam. Hij is een verwoed postzegelverzamelaar, evenals Job van Niftrik in Putte. Zo wordt hij bij de vluchtroute Putte-Zwitserland betrokken. Er is een telefoonlijn van Amsterdam naar de Parallelweg, en zo krijgt Jacq Mol te horen wie de grens over willen vluchten en zijn hulp nodig hebben. Naar schatting hebben 150 vluchtelingen Zwitserland kunnen bereiken, voordat de route verraden werd. Jacqs zoon Hans en diens neef maken van de route gebruik en komen veilig in Zwitserland aan. De Bergse politie ontvangt op 22-12-1942 uit Amsterdam een telefoontje met de opdracht dat Jacq gearresteerd moet worden. Om 12.15 uur arresteert een rechercheur hem, zeer tot woede van de mensen in de straat. Hij is alleen thuis. Zijn vrouw en dochtertje zijn al ondergedoken. Een marechaussee brengt hem naar Westerbork, waar hij na een maand naar Auschwitz wordt gedeporteerd. Hij is een dag na aankomst op 12/2-1943 vermoord.

Wouwsestraat 12

 

 

Andries van Loon (42)

* Rotterdam, 20/8-1900
+ Sobibor, 30/4-1943
  

Andries heeft in de Bosstraat 9 een fietsenwinkel. Hij trouwt in 1930 met Rosa Rodrigues Pereira in Amsterdam. In 1937 scheiden zij. Hij zwerft van adres naar adres. Zijn laatste adres in Bergen op Zoom is Wouwsestraat 12. Hij vertrekt naar Amsterdam, waar hij tenslotte in pension Van Loggem, Stadhouderskade 153, terechtkomt. In augustus 1942 worden de mensen in het pension door de Duitsers weggehaald en gedeporteerd. Andries is op 30/4-1943 in Sobibor vermoord.

 

 

Philip Stibbe (61)

* ‘s-Hertogenbosch, 22/2-1882
+ Sobibor, 4/6-1943
  

 

 

Dina Stibbe-van Maarsen (62)

* Amsterdam, 3/12-1880
+ Auschwitz, 22/10-1943
  

 

 

Catharina Stibbe (34)

* ‘s-Hertogenbosch, 20/12-1908
+ Auschwitz, 22/10-1943
  

 

 

Henriette Stibbe (26)

* ‘s-Hertogenbosch, 10/5-1917
+ Auschwitz, 22/10-1943
  

 

 

Barend Stibbe (17)

* ‘s-Hertogenbosch, 11/8-1926
+ Polen, 31/3-1944
  
Philip Stibbe
Dina Stibbe-van Maarsen

Philip en Dina Stibbe verhuizen met enkele van hun kinderen naar Bergen op Zoom, vermoedelijk omdat de joodse markten in Amsterdam voor joden gesloten zijn. Philip en Dina staan beiden op de markt met textiel. Ze betrekken op 7 maart 1941 het huis van hun broer Joseph Stibbe. Op 31 december 1941 vertrekken ze weer naar Amsterdam. Daar worden ze gearresteerd en gedeporteerd naar Sobibor en Auschwitz, waar ze vermoord zijn. 

 

 

Joseph Stibbe (48)

* ‘s-Hertogenbosch, 21/7-1894
+ Auschwitz, 3/12-1942
  

 

 

Elisabeth Stibbe-van Loon (52)

* Bergen op Zoom, 16/10-1890
+ Auschwitz, 3/12-1942
  

 

 

Jonas (Sjonny) Stibbe (18)

* Bergen op Zoom, 22/9-1924
+ Auschwitz, 3/11-1942
  

Joseph is koopman in manufacturen en zijn zoon Jonas is werkzaam in de winkel van zijn vader. Op 11 november 1942, de officiële Bergse deportatiedag, melden de Stibbes en David van Loon, Elisabeths broer, zich bij het station. Twee marechaussees reizen met hen mee naar Westerbork. Op 30-11-1942 wordt het gezin naar Auschwitz overgebracht. Drie dagen later zijn ze op 3/12-1942 vermoord.

unnamed
Het echtpaar Stibbe-van Loon
Sjonny Stibbe (links) tijdens carnaval op het Beursplein

Kremerstraat 23

 

 

Joseph (Joost) de Bruin (36)

* Bergen op Zoom, 23/9-1906
+ Auschwitz, 31/1-1943
  

Joost is de zoon van Samuel de Bruin en Elisabeth Glaser. Hij is kleermaker van beroep. In 1942 woont hij bij zijn tante Johanna van der Hal-de Bruin en haar man in de Wagenstraat 148 in Den Haag, het adres waar ze worden opgepakt. Hij wordt naar Auschwitz gedeporteerd en is op 31/1-1943 vermoord. 

In het midden Joosts vader Samuel de Bruin.

Steenbergsestraat 12

 

 

Julie Fränkel-Lippmann (58)

* Mittelhofen, 26/10-1884
+ Auschwitz, 3/12-1942
  

Blanka Walg-Fränkel is getrouwd met Moos Walg. Blanka komt uit Beieren, Duitsland. Voor zijn huwelijk zoekt Moos zijn schoonouders in Beieren op. Zijn schoonvader is veehandelaar en tot zijn afschuw hoort hij hoe slecht joden in Duitsland behandeld worden. Hij knoopt dit in zijn oren en hij is de enige van de familie Walg, die met zijn gezin onderduikt en zo de oorlog overleeft. Zijn schoonvader overlijdt en Julie Fränkel-Lippmann vertrekt naar haar dochter in Nederland. Zij woont enige jaren bij het gezin Walg. Als Moos besluit met zijn gezin in onderduik te gaan, kan zij niet mee. Er zijn maar vier plaatsen. Zij vertrekt naar Zwolle waar de broer van Moos een winkel heeft. Daar wordt ze gearresteerd en naar Auschwitz gedeporteerd, waar ze op 3/12-1942 is vermoord.

Antwerpsestraat 68

 

 

Sara de Winter-Bannet (71)

* Kruiningen, 11/2-1873
+ Auschwitz, 11/2-1944
 

In 1905 komt Sara de Winter samen met man Isaac de Winter en dochter vanuit Rotterdam naar Bergen op Zoom, waar nog twee kinderen, Leon en Hannie, worden geboren. In 1933 overlijdt Leon en in 1937 Isaac de Winter. Hannie is verpleegster. Zij trouwt in 1937 met Maurits Kan. Het echtpaar gaat in Hengelo wonen. De oorlog breekt uit, Sara voelt zich eenzaam en vertrekt in 1941 naar Hannie in Hengelo. In 1942 wordt Maurits in Auschwitz vermoord. Hannie heeft in 1938 een zoontje gekregen en zij besteedt het kind uit aan een familie in Eibergen. In 1944 worden moeder en dochter opgehaald en naar Auschwitz gestuurd, waar beiden op 11-02-1944 zijn vermoord. Hannie is dan dertig. Haar zoontje, Harry Kan, overleeft de oorlog en wordt in 1947 onder begeleiding naar zijn familie in Sao Paulo gebracht. Daar is hij op 62-jarige leeftijd op 5/12-2000 overleden.

In 1932 bij het honderdjarig bestaan van de synagoge.